[us_page_title description=”1″ font_size=”3rem” line_height=”1.1″ align=”center”]

Uitleg

Cholesterol
Cholesterol is een vetachtige stof in het bloed. Teveel cholesterol kan ervoor zorgen dat bloedvaten dichtslibben. Gebeurt dit in belangrijke vaten naar bijv. het hart of de hersenen dan kan dit een hartinfarct of herseninfarct tot gevolg hebben. Gezonde voeding, zoals veel groente en fruit, 2 a 3 per week vis, elke dag een klein handje rauwe noten zoals walnoten of amandelen, en veel beweging kunnen een te hoog cholesterol helpen voorkomen. Ook kan het eten van onbewerkt voedsel bijdragen aan het verlagen van uw cholesterol. Bewerkt voedsel is o.a te herkennen aan de lange houdbaarheid van een product en zit veelal in een plastic verpakking. Cholesterol bestaat uit drie substanties: HDL, LDL en Triglyceriden.
HDL
High Density Lipoproteine is het goede cholesterol en beschermt tegen hart- en vaatziekten.
LDL
Low Density Lipoproteine is het slechte cholesterol en kan hart- en vaatziekten veroorzaken.
Triglyceriden
Maken LDL-deeltjes nog agressiever voor de vaatwand en verlagen het HDL-gehalte.
Bloeddruk
Een hoge bloeddruk geeft een constant verhoogde druk op de vaatwanden. Dit geeft beschadiging van de vaatwand wat het risico op hart- en vaatziekten vergroot. Een bloeddrukmeting is een momentopname; bij verhoogde druk moet er controle plaatsvinden bij de huisarts. Bij het merendeel van de mensen wordt een hoge bloeddruk niet voldoende behandeld omdat het in de eerste 15 tot 20 jaar geen lichamelijke klachten geeft. De kans op orgaanbeschadiging kan worden verkleind door het vaststellen van een hoge bloeddruk in een vroeg stadium. Leefstijlaanpassingen zoals afvallen, sporten, en stressreductie dragen bij aan het verlagen van de bloeddruk.
Bloedsuiker
Vaak hebben mensen jarenlang niet door dat ze diabetes hebben. Niet iedereen heeft duidelijke klachten (symptomen) die horen bij diabetes (suikerziekte). Veel symptomen lijken op dingen die iedereen wel eens heeft, zoals vermoeidheid en futloos zijn. Het meten van een (afwijkende) bloedsuikerwaarde geeft inzicht en biedt de mogelijkheid leefstijlaanpassingen door te voeren, zodat suikerziekte afgewend of uitgesteld kan worden. Normaal waarde nuchter: < 5.0 Normaalwaarde niet nuchter < 7,8
Longfunctie
Naarmate je ouder wordt, als je in een stoffige omgeving hebt gewerkt of als je rookt, worden je longblaasjes minder elastisch. Longziektes zoals astma en COPD versnellen dit proces. Als je longfunctie beneden de 70% is, is stoppen met roken een absolute noodzaak om erger te voorkomen.
Vetpercentage
Voor vrouwen tot 40 jaar ligt een gezond vetpercentage tussen 21% en 33%. Voor vrouwen tussen 40 en 60 jaar ligt de bovengrens op 34% en voor vrouwen boven de 60 jaar op 36%. Voor mannen tot 40 jaar ligt een gezond vetpercentage tussen 8% en 20%. Voor mannen tussen 40 en 60 jaar ligt de bovengrens op 22% en voor mannen ouder dan 60 op 25%.
Lichaamsvocht
Het vochtgehalte voor vrouwen moet zijn tussen de 45% en 60%. Voor mannen geld tussen de 50% en 65%.
BMR
De ruststofwisseling is de hoeveelheid energie (calorieën) die je lichaam nodig heeft om in rust alle vitale functies uit te kunnen voeren. Een verhoogde spiermassa zorgt voor een hogere ruststofwisseling wat weer zorgt voor een toename in het verbruik van je calorieën waardoor je lichaamsvet vermindert.
Metabolische leeftijd
Is jong bij een hoge spiermassa en een hoge BMR. Als je metabolische leeftijd hoger is dan je werkelijke leeftijd dan moet je basaal metabolisme toenemen. Meer lichamelijke activiteiten bouwen een gezond spierweefsel op en dat verbetert je metabolische leeftijd.
Viscerale vetwaarde
Het viscerale vet of orgaanvet is de hoeveelheid vet in je buikholte, zowel in als rond de vitale organen. Er bestaat een sterk verband tussen overmatig visceraal vet en hart- en vaatziekten. De Body Composition Analyzer waardeert je viscerale vet van 1 tot 59. Tot en met 12 = een gezonde hoeveelheid visceraal vet. Van 13 to 59 = overmatig, dus ongezond visceraal vet.
BMI
De BMI is een getal, dat wereldwijd wordt gehanteerd om snel en eenvoudig bij benadering te kunnen bepalen of iemand overgewicht heeft en gezondheidsrisico loopt of niet. Het getal is de uitkomst van de formule: gewicht gedeeld door lichaamslengte in het kwadraat.

Minder dan 18,5 = Te laag lichaamsgewicht
Tussen 18,5 en 24,9 = Normaal lichaamsgewicht
Tussen 25 en 29,9 = Overgewicht
Meer dan 30 = Zwaarlijvig / obesitas.